De tien meest gestelde vragen over: INCASSO
De tien meest gestelde vragen over: INCASSO
Je hoort het regelmatig: een hoge debiteurenstand is niet goed voor je bedrijf. De liquiditeit komt onder druk te staan, de relatie met de klant op scherp en het incasseren van de vordering kost veel tijd en geld. Redenen genoeg om in dit artikel in te gaan op het onderwerp incasso. Dat doe ik aan de hand van de 10 meest gestelde vragen in mijn praktijk als incasso advocaat.
1. Wat houdt een incasso in?
Incasso betekent letterlijk: het innen van geld. Als je een vordering uit handen geeft ter incasso, dan ga ik aan de slag om het verschuldigde betaald te krijgen. Dat doe ik door eerst in kaart te brengen wat er precies verschuldigd is. Ik kijk naar de hoofdsom, eventueel de rente, en – als die er is – de reden dat er niet betaald is. Als er bijvoorbeeld door de debiteur faillissement aangevraagd is, dan heeft het doorgaans niet veel zin om een incasso te starten.
Daarna bel ik eerst even naar de betreffende debiteur. Een belletje vooraf geeft ook inzicht in de reden van niet betalen. Aansluitend stuur ik bij het uitblijven van betaling een sommatiebrief, als dat nodig is. Daarin staat dan ook dat er aanspraak gemaakt wordt op betaling van rente en buitengerechtelijke incassokosten, indien betaling niet binnen 14 dagen na ontvangst van de brief wordt ontvangen.
2. Hoe zit een incassoprocedure in elkaar?
Eigenlijk zijn er drie fases in een incasso: de buitengerechtelijke fase (zoals hiervoor beschreven), de gerechtelijke fase en de executiefase. In het beste geval betaalt de debiteur al na het eerste telefoontje, of binnen de termijn die in de sommatiebrief staat beschreven. Is dat niet zo, dan maak ik een incassodagvaarding. Daarmee breekt de gerechtelijke fase aan.
In de dagvaarding staat wat en waarom er nog betaald moet worden, en de vordering. Die dagvaarding wordt door de deurwaarder uitgereikt aan de debiteur. Dat mag in persoon zijn, dus aan degene die het betreft, maar dat hoeft niet. Dan gebeurt dat door de dagvaarding achter te laten in een gesloten envelop. Er staat ook in de dagvaarding wanneer de debiteur zich moet melden bij de rechtbank en of hij daarvoor een advocaat moet inschakelen (bij vorderingen boven de € 25.000). Doet hij dat niet tijdig, dan zal de rechtbank de zaak doorgaans toewijzen. Dat heet: bij verstek veroordelen. Meldt de debiteur zich wel, dan moet hij op de dagvaarding reageren (tegenspreken) en komt er een zitting. Na de zitting komt er, meestal na enkele weken of maanden, een vonnis. Dit noemen we ook wel een titel.
Met het vonnis in de hand kan er opnieuw gevraagd worden om te betalen aan de debiteur. Doet hij dat niet, dan kan er beslag gelegd worden op zijn vermogensbestanddelen, als deze er zijn. Dat noemen we de executiefase.
Soms bereiken partijen op de zitting overeenstemming, een schikking. Dat kan bijvoorbeeld door een betalingsregeling. Het proces-verbaal van de zitting, waarin die afspraken dan worden vastgelegd, kan gebruikt worden als ‘titel’, als de debiteur zijn afspraken toch niet nakomt. Het proces-verbaal heeft dan evenveel kracht als een vonnis.
3. Welke opties heb ik nog meer?
Als je vermoedt dat de debiteur niet wil betalen maar wel kán betalen, dan kun je ervoor kiezen om vooraf beslag te laten leggen. Dat kan op alle vermogensbestanddelen van de debiteur. Denk daarbij aan beslag op de rekening, op onroerende zaken, op voorraad en inventaris en op aandelen. De beslagen goederen mogen niet verkocht worden, en worden als het ware ‘bevroren’ tot het moment dat er een vonnis is dat geëxecuteerd kan worden.
Daarnaast kun je een faillissementsaanvraag indienen om extra druk uit te oefenen. Het voordeel daarvan is dat een debiteur die echt niet failliet wil gaan, sneller zal betalen. De procedure voor het indienen van zo’n aanvraag is sneller en eenvoudiger dan een procedure op tegenspraak. Het nadeel is wel dat, als het toch tot een faillissement komt, het vaak niet tot uitkering komt aan een gewone schuldeiser. Dit komt omdat bijvoorbeeld belastingschulden en het salaris van de curator voorrang hebben. Dit is dus een effectief maar risicovol drukmiddel.
4. Kan ik niet beter naar een deurwaarder of incassobureau gaan?
Een deurwaarder of een incassobureau is bevoegd om in een procedure op te treden voor vorderingen onder de € 25.000. Het voordeel van het inschakelen van een advocaat is dat deze in alle gevallen bevoegd is, ook om beslag te leggen en eventueel een faillissementsverzoek in te dienen. Ook heeft een advocaat een andere opleiding gehad dan een deurwaarder. Als er zich complicaties voordoen, bijvoorbeeld in de vorm van een ingewikkeld verweer, dan is een advocaat doorgaans beter gekwalificeerd om daarmee om te gaan.
5. Wat zijn buitengerechtelijke kosten?
Buitengerechtelijke kosten zijn de kosten die je maakt om de vordering te incasseren, ter vergoeding van onder andere de tijd die je erin moet steken. Het zijn niet de kosten die te maken hebben met de voorbereiding van een procedure. Daar hebben de proceskosten voor. In zakelijke verhoudingen mag je over de buitengerechtelijke kosten afspreken wat je wil, mits redelijk. Wat redelijk is, verschilt per overeenkomst. In zaken waarbij een consument de debiteur is, geldt de wettelijke regeling van de Wet normering buitengerechtelijke incassokosten (WIK). Die wet zorgt ervoor dat de incassokosten niet te hard oplopen. Het minimale bedrag is € 40 en loopt op naarmate de vordering hoger is [staffel].
Om in de gerechtelijke fase met succes aanspraak te kunnen maken is een goede sommatiebrief, met daarin de juiste termijnen voor betaling, noodzakelijk. Bij twijfel of er sprake is van een goede sommatie, stuur ik vaak een extra brief zodat de vergoeding van buitengerechtelijke kosten in rechte toewijsbaar is.
6. Hoe lang blijft een vonnis geldig?
Een onherroepelijk vonnis kan gedurende 20 jaar ten uitvoer gelegd worden. Dat betekent ook dat als het na de procedure niet meteen lukt om het geld binnen te krijgen, ook later nog geïnd kan worden op het moment dat het bijvoorbeeld beter gaat met de debiteur.
Als het gaat om een verstekvonnis, zie hiervoor bij vraag 2, dan kan de debiteur gedurende vier weken in verzet komen. Die termijn gaat lopen op het moment dat het vonnis aan de debiteur bekend wordt, bijvoorbeeld wanneer hij het uitgereikt krijgt van de deurwaarder, of wanneer hij geconfronteerd wordt met executiemaatregelen zoals loonbeslag.
7. Waarom krijg ik bij een procedure niet al mijn geld terug?
Als het tot een procedure (op tegenspraak) komt en er wordt een proceskostenveroordeling ten laste van de debiteur uitgesproken, dan is dat bedrag vaak (veel) lager dan de daadwerkelijke advocaatkosten. Zeker in het geval er een procedure op tegenspraak is gevoerd die lang heeft geduurd en waarin veel is gebeurd. Dit komt omdat anders het recht op toegang tot de rechter wordt belemmerd. Zou iedereen namelijk de werkelijke kosten van de ander moeten betalen, dan zou dat in veel gevallen betekenen dat mensen niet meer naar de rechter kunnen gaan. En dat wil de wetgever niet. Daarom is het goed om er rekening mee te houden dat een procedure, zeker in geval de vordering betwist wordt, altijd wel iets kost. Uiteraard houden wij hiermee rekening in de kosten-batenanalyse.
8. Wat is het verschil tussen wettelijke rente en handelsrente?
Wettelijke rente wordt gezien als een gefixeerde schadevergoeding voor de schade die de schuldeiser lijdt door het niet op tijd ontvangen van zijn geld. De grondslag voor de aanspraak op wettelijke rente is vastgelegd in artikel 6:119 van het Burgerlijk Wetboek. De hoogte daarvan wordt vastgelegd door de overheid en bedraagt momenteel 2 % per jaar. Wettelijke handelsrente is alleen van toepassing bij handelstransacties. De handelsrente is veel hoger dan de wettelijke rente (8% per jaar) omdat de wetgever het onaantrekkelijk wil maken om een betalingsachterstand te laten ontstaan.
9. Heeft TEN een speciaal incassotarief?
Afhankelijk van de soort vordering maak ik per zaak afspraken. Is het een onbetwiste vordering, dan zal het doorgaans makkelijker (en dus goedkoper) zijn om tot een succesvolle incasso te komen. De debiteur betaalt dan alle kosten. In veel gevallen kost het u niets.
Is het een betwiste vordering, dan zullen we goed kijken naar de kosten en de kansen. Niets is vervelender dan een procedure moeten doorlopen, een vonnis halen, om vervolgens nog met lege handen achter te blijven (en onze nota te moeten voldoen…). Overigens zorgen we in dat geval ook (ook achteraf) voor een redelijke oplossing.
10. Hoe voorkom ik dat ik moet gaan incasseren?
Leg afspraken op voorhand goed, en dus schriftelijk, vast. Als u ondernemer bent, zorg ervoor dat er algemene voorwaarden van toepassing zijn. En zet daar dan in wat het de klant kost als hij niet tijdig betaalt. Dat voorkomt onduidelijkheid achteraf in geval van een geschil. Voorkomen is uiteraard beter dan genezen!